- 1 ½ dl espresso of sterke koffie
- 1 dl koffielikeur
- 1 pak lange vingers (of 2 pakken, afhankelijk van de schaal)
- 50 g amandelen, grof gehakt
- 50 g hazelnoten, grof gehakt
- 150 g pure chocolade
- 6 dl slagroom
- 5 el poedersuiker
- 25 g gekonfijte vruchtjes (bigarreaux), in stukjes gesneden
- cacaopoeder
Bereiden:
1. Bekleed een kom of schaal van 2 liter aan de binnenkant met plasticfolie, zodat je de zuccotto na het opstijven heel makkelijk uit de vorm kunt krijgen.
2. Meng in een andere kom de koffie met de likeur. Doop de lange vingers één voor één in de koffie en bekleed de binnenkant van de vorm ermee (suikerkant naar buiten).
3. Rooster de noten in een droge koekenpan of oven goudbruin en laat ze afkoelen. Smelt 100 g van de chocolade en hak de rest grof.
4. Klop de slagroom stijf met de poedersuiker en spatel de noten, gehakte chocolade en de bigarreaux erdoor. Schep de helft van het mengsel in de kom en bestrijk met behulp van een spatel of lepel glad tegen de rand van lange vingers.
5. Spatel de gesmolten chocolade door de rest van de het roommengsel en vul hiermee het middelste gedeelte van de kom. Dek af met de rest van de lange vingers en dek de schaal af met plasticfolie. Zet de zuccotto minimaal 1 uur (maar liever een hele nacht) in de koelkast.
6. Stort de zuccotto op een platte schaal, verwijder het folie en bestuif dunnetjes met cacaopoeder (dit kun je het beste door een zeefje doen). Snijd de zuccotto met een warm mes aan.
Bron: Rudolph van Veen.
Zuccotto is een Toscaans nagerecht. Het heeft het uiterlijk van een koepel, waarschijnlijk de koepel van Florence. Het is heel simpel te maken, laat wel liefst een hele nacht opstijven. Met de nootjes en vruchtjes kun je variëren. Ik heb bijna 2 pakken lange vingers gebruikt, dat hangt af van de schaal die je gebruikt.